1.   lezen ww. 'verzamelen, schiften; kennisnemen van schriftelijke tekst'
categorie:
erfwoord
Onl. lesen 'verzamelen' in thie liset her ze sich 'die verzamelt hij bij zich' [ca. 1100; Will.], 'tekst lezen' in wir that lesen offonbarliche 'wij lezen dat duidelijk' [1151-1200; Reimbibel]; mnl. lesen 'oprapen, plukken, verzamelen; lezen, voorlezen, vertellen' [1240; Bern.], lesen van ouden sagen 'oude verhalen lezen' [1265-70; CG II], eenen man die houd ... las 'een man die hout sprokkelde' [1285; CG II], rosen lesen 'rozen plukken' [1287; CG II].
Os. lesan 'verzamelen, lezen' (mnd. lesen); ohd. lesan, lesen 'id.' (nhd. lesen); ofri. lesa (nfri. leze); oe. lesan (ne. dial. lease); on. lesa (nzw. läsa); got. lisan; alle in eerste instantie 'verzamelen'; < pgm. *lesan-. De betekenis 'lezen' ontstond alleen in het continentaal-West-Germaans (os./ohd/mnl.) en door betekenisontlening aan het Duits ook in het Oudnoords.
Verwant met: Litouws lèsti 'oppikken', lasýti 'uitkiezen, uitzoeken'; Hittitisch less- 'oprapen'; < pie. *les- 'verzamelen, oprapen' (IEW 680).
De West-Germaanse betekenisovergang van 'verzamelen' naar 'tekst lezen' is dezelfde als die van het Latijnse werkwoord legere, dat eveneens oorspr. alleen 'verzamelen' betekende, maar reeds in het klassiek Latijn ook 'tekst lezen'. De reden van deze overgang in het Latijn is niet helemaal duidelijk. Men kan denken aan een overdrachtelijke betekenis van 'verzamelen', waarbij lezen = 'verzamelen met de ogen' of 'in zich opnemen (oprapen) wat geschreven is'. De overgang in het Germaans is wrsch. geïnspireerd door die in het Latijn.
De Romeinse schrijver Tacitus vertelt over Germanen die houten staafjes rapen als vorm van wichelarij. Het gaat daarbij niet om runenstaafjes en de verklaring dat hierop de overgang van 'verzamelen' naar 'lezen' is gebaseerd (NEW), is dan ook onjuist. Bovendien is het werkwoord dat in Oudgermaanse teksten wordt gebruikt voor dat rapen van staafjes niet lezen maar raden, dat pas later, en alleen in het Oudengels, de betekenis 'lezen' heeft ontwikkeld, in þas boc rædan 'het boek lezen' [888; OED] (Nieuwengels read).
Fries: lêze


  naar boven