1.   tentamen zn. (NN) 'voorexamen'
categorie:
leenwoord
Vnnl. eerst een tentamen te doen 'een poging te doen' [1654; iWNT vigileeren], dan niet alleen op het eerste Tentamen, maar ook op de volgende Examens '... eerste (voor)examen van de examinandi ...' [1676; iWNT proeveling].
Ontleend aan Latijn tentāmen 'poging, proef', een nevenvorm van temptāmen 'id.', dat afgeleid is van temptāre 'aanraken, beproeven'.
Latijn temptāre 'aanraken' is wrsch. een frequentatief, gebaseerd op een verondersteld verl.deelw. *tempto- 'geraakt', dat dan is afgeleid van de wortel pie. *temp- 'spannen', zie tempo.
Fries: tentamen


  naar boven