|
1. |
bekeuren ww. 'proces-verbaal opmaken' categorie: geleed woord Mnl. becoren 'te weten komen, bevinden' [1240; Bern], bekeuren, becoren 'een wettelijke verordening maken, beboeten' [1402-55; MNW]; vnnl. bekeuren 'een beboeting aanzeggen' [1537; WNT waard II], bekeuren 'ergens een reglement voor maken' [1866; WNT]. Gevormd uit het voorvoegsel be- en mnl. keur, core 'reglement, boete', zie keur. ◆ bekeuring zn. 'proces-verbaal, beboeting'. Mnl. bekeuringe 'boete, beboeting' [1318; MNW]; nnl. bekeuring 'proces-verbaal' [1716; WNT]. Afleiding van bekeuren met -ing. Fries: bekeure
|
naar boven
|