1.   gagel zn. 'heester (Myrica gale)'
categorie:
waarschijnlijk substraatwoord
Mnl. in de plaatsnaam Gageldonc [13e eeuw; van Berkel/Samplonius], mirtus etewi dat gaghel 'mirtus noemen wij gagel' [1287; CG II, Nat.Bl.D].
Ohd. gagel(-ris) (mhd. gagel, mnd. gagel(-krut), nhd. Gagel); oe. gagel, gagelle, gagol (ne. gale, waaruit ook de wetenschappelijke Latijnse benaming).
Verdere etymologie onbekend. Er zijn geen verwanten buiten de West-Germaanse talen. Deze geringe verspreiding en het betekenisveld 'flora' doen vermoeden dat gagel afkomstig is uit een substraattaal.


  naar boven