1.   ruchtbaar bn. 'wereldkundig, algemeen bekend'
categorie:
leenvertaling
Vnnl. si ... maecten hem ruechtbaer in dat selue geheele lant 'zij maakten hem bekend in dat hele land' [1526; Liesveldt, Mattheus 9:31], ruchtbaer te maken die gesciedenissen 'de gebeurtenissen wereldkundig te maken' [1526; Liesveldt, Marcus 1:45].
Leenvertaling van Vroegnieuwhoogduits ruchtbar in de verbinding ruchtbar machen 'bekend maken, (nieuws) verspreiden' (nhd. ruchbar machen), een door Luther in de standaardtaal verspreide uitdrukking, met daarin Nederduits ruchtbar 'openbaar, wereldkundig', een afleiding met het achtervoegsel -bar (zie -baar) van het reeds Middelnederduitse zn. ruchte 'roep, geroep, gerucht'.
Mnd. ruchte is hetzelfde woord als mnl. ruchte 'geroep' en mhd. ruoft 'lasterpraat' < pgm. *rōp-ti-, een afleiding bij roepen. Door Primärberührung werd -pt- > -ft- zoals in bruiloft. Uit -ft- ontstond vervolgens in het mnd. en mnl. -cht- als in achter. Zie ook berucht en gerucht.
Fries: -


  naar boven