1.   ontheemd bn. 'uit zijn vertrouwde omgeving'
categorie:
geleed woord, bedenker bekend
Nnl. De Baltische meisjes behoren tot de "displaced persons", de ontheemden zoals dat met een nieuw woord heet [1944; WNT Aanv. ontheemde], kampen voor de displaced persons, de ontheemden, de verplaatste personen, die nergens meer thuis zijn [1950; WNT Aanv. ontheemde], ontheemd 'buiten zijn vertrouwde omgeving' in het kind zoals het ontheemd leeft in het kinderhuis [1955; WNT Aanv.].
Afleiding met het voorvoegsel ont- van het zn. heem 'woonplaats', een neologisme dat als zelfstandig naamwoord (ontheemde) in 1944 geïntroduceerd werd door de Nederlandse Consul-Generaal in Italië, D.G.E. Middelburg, als vertaling voor Engels displaced person. Middelburg was werkzaam voor de door de geallieerden ingestelde commissie voor oorlogsvluchtelingenproblematiek, de Displaced Persons Subcommission (WNT).
Na de succesvolle introductie van het woord kreeg het al snel een bredere toepassing dan alleen met betrekking tot oorlogsvluchtelingen.
Fries: -


  naar boven