1.   voortvarend bn. 'doortastend'
categorie:
geleed woord
Vnnl. snel ende voortvarende ... int oorloch 'snel en doortastend in de oorlog' [1603; iWNT].
Betekenisontwikkeling van het teg.deelw. van voortvaren 'doorgaan', ouder mnl. vortvaren 'id.' [1282; VMNW] < onl. forthfaran 'id.' [10e eeuw; ONW], gevormd uit forth 'voortaan, verder' [1151-1200; ONW], zie voort, en faran 'gaan, lopen, gebeuren' [10e eeuw; ONW], zie varen 2.
Het bn. heeft de klemtoon niet op de eerste lettergreep, zoals het teg.deelw., maar op de tweede. Dat is pas voor het eerst expliciet te vinden in Kramers 1862 (iWNT).
Fries: (vgl. farfuort 'voortvarendheid, fut' )


  naar boven