1.   dommekracht zn. 'werktuig om zware voorwerpen op te tillen; stevig gebouwde sul'
categorie:
geleed woord, volksetymologie
Vnnl. (mv.) dommekrachten 'werktuigen' [1652-62; WNT], dommekragt 'dom en log persoon' [1690; WNT]; nnl. dommekracht 'domme geweldenaar' [1724-26; WNT].
Regionaal komt duimkracht, doemkracht voor. Het eerste deel van de samenstelling behoort gezien deze varianten wrsch. bij duim < onl. *dūma-. Het is niet duidelijk, of er naast *dūma- nog een vorm *duma- met korte klinker voorkwam, of dat het eerste deel secundair verkort is, wrsch. onder invloed van het bn. dom 2 (te vergelijken is blom- naast bloem 1 'deel van plant'). In ieder geval zal bij dommekracht het bn. zeker enige volksetymologische invloed hebben gehad, gezien de reeds vroeg voorkomende secundaire betekenissen.
Oost-Fries dumkracht, Duits Daumkraft 'dommekracht' (Grimm, DW II,853).


  naar boven