1.   eerder bw. 'vroeger'
categorie:
erfwoord
Mnl. eerre 'eerder' [1423; MNW]; vnnl. eerder 'vroeger' [1688; WNT].
Ohd. ēriro, ēroro 'eerder, vroeger' (mhd. ērer, ērre, erre); ofri. ērra, ārra, āra; oe. ǣrra 'eerder'; daarnaast zonder rotacisme got. airiza 'oudere, voorvader'; alle bij de wortel pgm. *airiz-, *airōz- 'eerder', de bijvoeglijke comparatief van pgm. *air-. Daarnaast staat de bijwoordelijke comparatief eer 2.
Toen eerre niet meer als comparatief herkenbaar was, is men een nieuwe gaan vormen uit eer plus de regelmatige uitgang -ər, die in het Nederlands na -r- altijd een -d- vereist, zoals ook bijv. in zwaarder bij zwaar. In veel woorden is dit ook gebeurd tussen de combinatie -l-r- (bijv. in kelder) en -n-r- (bijv. in donder). Maar alleen na een -r- is deze zgn. d-epenthese nog productief.


  naar boven