1.   drum zn. 'trommel; metalen vat'
categorie:
leenwoord, klankwoord
Nnl. drums (mv.) 'metalen vaten' [1920; WNT Aanv.], drum 'percussie-instrument' [1936; WNT Aanv.].
Ontleend aan Engels drum 'metalen vat' [1881; OED], eerder al 'percussieinstrument' [ca. 1540; OED], dat gebaseerd heet te zijn op mnl. tromme, zie trom, of mnd. trommel, zie trommel. Het Oudnederlands heeft trumba maar ook drumba voor het percussieinstrument [10e eeuw; W.Ps.], mnl. trommel, later ook trom(me).
Mnd. trumme, ohd. trumba, (mhd. trumme, trumbe 'trommel'), on. trumba 'trompet', zie trompet.
Opvallend is dat in het Oudnederlands zowel dr- als tr- vormen voorkomen en dat het Engels dr- heeft tegenover de continentale vormen. Het is daarom het waarschijnlijk dat dit klanknabootsende woorden zijn, waarvan mogelijk twee varianten bestonden.
De Germaanse tromp- woorden hebben zowel trom(mel)- als tromp(et)varianten opgeleverd.


  naar boven