1.   formeel bn. 'volgens een bepaalde (vastgestelde) vorm of bepaalde regels'
categorie:
leenwoord
Vnnl. formeel oft volcomen guarand 'uitdrukkelijke ofwel volkomen gerechtelijke borgstelling' [1608; Stall.], eene formeele belegeringhe ende veroverringhe van de stadt 'een adequate, complete, voltooide, belegering en verovering van de stad' [1614; WNT], een formeel tractaet 'een officieel geschrift (volgens de juiste vorm)' [1657; WNT].
Via Frans formel 'uitdrukkelijk, van een bepaalde vorm' [1560; Rey], ontleend aan Latijn fōrmālis 'in een bepaalde vorm', in het middeleeuws Latijn ook 'volgens de vorm'. Dat woord is afgeleid van Latijn fōrma 'vorm', zie vorm.
Fries: formeel


  naar boven