1.   diorama zn. 'kijkkast'
categorie:
leenwoord, geleerde schepping, bedenker bekend
Nnl. diorama 'half cirkelvormige voorstelling met speciale lichteffecten' [1847; Kramers], 'kijkdoosvoorstelling' [1964; WNT Aanv.].
Ontleend aan Frans diorama 'id.' [1822; Robert], een door de Franse schilder en natuurkundige Louis Daguerre (tevens een van de uitvinders van de fotografie) (1787-1851) geïntroduceerde term gevormd uit de elementen Grieks dia- 'door-' en hórāma 'schouwspel', afleiding van het werkwoord hórãn 'zien, aanschouwen', verwant met waar- in waarnemen en gewaarworden. Deze vorming werd gemaakt naar anologie van de oudere term panorama.
Het eerste diorama was een gedeeltelijk doorschijnende schildering in een halve cirkelopstelling die door een opening bekeken kon worden. Aan de bovenkant kon de lichtinval worden geregeld. Bij uitbreiding kon diorama later ook een kijkkast met bijzondere belichting en/of andere driedimensionale effecten gaan betekenen.


  naar boven