1.   obelisk zn. 'gedenknaald'
categorie:
leenwoord
Nnl. obeliscus [1599; Van Meteren, 240], obelisk 'gedenknaald in Egypte' [1615; WNT Aanv.], de obelisk van Luxor (in Parijs) [1840; WNT Aanv.].
Ontleend aan Frans obélisque, met oudste attestatie obelisce [1520; TLF], dat via Laatlatijn obeliscus 'gedenknaald' is ontleend aan Grieks obelískos 'klein braadspit, obelisk', verkleinwoord van obelós 'braadspit, naald, obelisk'.
Het woord verwijst oorspr. alleen naar Egyptische monumenten, bestaande uit een hoge, vrijstaande naaldvormige, vierkante zuil die aan de bovenzijde in een piramidevormige spits uitloopt en die meestal uit één stuk gesteente is gehouwen. Later werd het woord ook buiten Egyptische context gebruikt.
Fries: obelisk


  naar boven