1.   lijst 2 zn. 'opsomming'
categorie:
etymologie onduidelijk
Vnnl. lijst 'opsomming' in na de Lijsten ende Ordonnantien 'volgens de lijsten en voorschriften' [1581; WNT].
Ontleend aan Italiaans lista 'rijvormige opsomming' [1503; DELI], eerder al 'een vel papier met een opsomming van waren' [voor 1327; DELI] en 'strook papier of van ander vast materiaal' [ca. 1300; DELI]. Het Italiaanse woord is ontleend aan het Germaans, wrsch. Middelhoogduits līste 'rand', hetzelfde woord als lijst 1.
Ook in andere Germaanse talen werd het Italiaanse woord herontleend, vermoedelijk via het Frans. In het Duits resulteerde dat in een nieuw woord Liste 'opsomming' naast het bestaande Leiste 'rand, kader'; in het Engels was het oude erfwoord voor 'rand' verdwenen en ontstond het nieuwe woord list. In het Nederlands viel de ontlening samen met het oude woord mnl. lijst(e), dat toen nog met ongediftongeerde lange /ī/ werd uitgesproken.
Fries: list


  naar boven