1.   veil zn. gewest. 'klimop (Hedera helix)'
categorie:
erfwoord, geleed woord
Mnl. veluwe 'klimop' [1484; iWNT]; vnnl. velue [1514; iWNT], veyl [1543; Fuchs], veel [1546; iWNT], veil [1567; iWNT].
De oudste vormen zijn wrsch. ontwikkeld uit Proto-Germaans *felwjōn en afgeleid van de wortel *felu- van veel. Men kan de naam dan opvatten als 'welig groeiende plant'. De vorm veil, die oorspr. vooral Brabants is, is dan oorspr. een spellingvariant van het te verwachten *veel (WNT, Toll.).
Ook afleiding van pgm. *felwo- 'vaal' is mogelijk, vanwege de zilverachtige bovenkant van zowel klimop- als hondsdrafblaadjes (voor hondsdraf, zie onder). Volgens Grootaers (1954) zou het gaan om een ontlening aan vulgair Latijn *volvella, verkleinwoord van volvulus 'wikkeling' bij het ww. volvere 'wentelen', zie volte. De veil is dan eigenlijk de 'plant die zich samenrolt'. De stamklinker wordt daarmee echter niet verklaard.
aardveil zn. 'hondsdraf (Glechoma hederacea)'. Mnl. ertivelt, hertvelde (datief) 'bepaald kruid (in recepten)' [1305; De Vreese 1894, 118], ertwelt 'klimop' [ca. 1350; Vandewiele/Braekman 1968, 134], ertvelt, hertvelde (datief) 'bepaald kruid' [1351; MNW-P], ertvelt, e(e)rtveltlovere 'id.' [1400-50; De Vreese, resp. 98, 85, 60], ertvelt 'klimop' [1420-40; Van Sterkenburg 1975, 238]; vnnl. eerdtveyl 'hondsdraf' [1543; Fuchs], ærdveld 'klimop' [1546; Naembouck], aerd-veyl [1620; WNT]. Samenstelling van aarde 'grond' en veil. De overeenkomst met de veil, die ter contrast ook wel boomveil wordt genoemd, is slechts het kruipende gedrag, maar dan in horizontale richting. Een oude wetenschappelijke benaming was dan ook Hedera terrestris, letterlijk 'aard-klimop'. Vergelijk de hedendaagse standaardnamen in het Engels: ivy 'klimop' naast ground-ivy 'hondsdraf'; en in het Frans lierre 'klimop' naast lierre terrestre 'hondsdraf'. De Middelnederlandse vormen op -velt zijn wrsch. volksetymologisch beïnvloed door veld. Opvallend is dat de vormen met correcte spelling pas vanaf het vnnl. zijn aangetroffen.
Literatuur: W.L. de Vreese (1894), Middelnederlandsche geneeskundige recepten en tractaten, zegeningen en tooverformules, Gent; L. Grootaers (1954), 'Veil "klimop" in Zuid-Nederland', in: T&T 6, 89-92; F. Ceelen (1958), 'Klimop (Hedera helix)', in: T&T 10, 16-31; L.J. Vandewiele & W.L. Braekman (1968), 'Een Latijns-Mnl. plantenglossarium uit het midden van de 14e eeuw', in: Scientiarum historia 10, 115-144
Fries: - ◆ -


  naar boven