1.   halster zn. 'leidsel'
categorie:
geleed woord, waarschijnlijk substraatwoord
Onl. heliftra 'leidsel' [10e eeuw; W.Ps.]; mnl. haeltre 'id.' [1290-1310; MNW-R], halchtere [1360; MNW-P], haellechter [1410; MNW], helfter [1440; MNW], halster [1450; MNW]; vnnl. halfter (met verwijzingen vanaf helchter, halter) [1599; Kil.]; nnl. halfter, halfster [1717; Marin NF]. De huidige vorm verschijnt pas laat in de woordenboeken: halfster, halster [1809; Benau NF].
De etymologie is niet helemaal zeker, maar wrsch. is het woord gevormd met een instrumenteel achtervoegsel -tr- bij een Proto-Germaanse wortel *halb- 'handvat of steel (van een werktuig of wapen)', waaruit mnl. helve, bijv. in dar ontvloch eenen tiser van der helue 'daar vloog bij iemand de ijzeren bijl van de steel af' [1285; CG II, Rijmb.]). De halster is dan het 'instrument om iets, namelijk het rijdier, mee vast te houden'; op dezelfde manier is ook gevormd Latijnse capistrum 'halster' bij capere 'grijpen'.
De ontwikkeling van heliftra tot nnl. halster is specifiek Nederlands en wrsch. volksetymologisch onder invloed van hals: een halster zit om de snoet van het rijdier, maar is meestal met een band achter de oren om de kop bevestigd. In sommige Middelnederlandse vormen is de ontwikkeling ft > cht, zoals in achter, te zien, en ook wisseling van vormen met -cht/-st doet zich wel eens meer voor, zoals in de familienaam Van der Guchten - Van der Guste (Debrabandere 2003) en in West-Vlaams 'k moste < 'k mochte, zodat ook zonder invloed van hals de vorm halster wellicht al voorkwam.
Os. haliftra (mnd. halchter, halter); ohd. halftra (nhd. Halfter); nfri. helter; oe. hælftre (ne. halter); < pgm. *haliftra- (alleen West-Germaans); wrsch. met achtervoegsel -tr- bij pgm. *halb- 'handvat of steel (van een werktuig of wapen)', waaruit ook mnd. helve, helf(t); ohd. halb; oe. hielfe (ne. helve).
Pgm. *halb- heeft geen overtuigende Indo-Europese etymologie. Misschien verwant: Litouws kilpa 'strik, stijgbeugel', Litouws kalpa 'dwarshout aan de slee'; bij de wortel pie. *(s)kelp- (IEW 928). Substraatherkomst mag zeker niet uitgesloten worden.
Fries: helter


  naar boven