1.   condoleren ww. 'medeleven betuigen bij overlijden'
categorie:
leenwoord
Vnnl. condoleren 'zijn deelneming betuigen' [1663; Meijer].
Gezien de vorm direct ontleend aan Latijn condolēre 'medegevoel, medelijden hebben' bij dolēre 'pijn voelen' bij het zn. dolor 'pijn, smart'. Het oudere Franse werkwoord condouloir 'mede lijden' [13e eeuw] kan bij de betekenis een rol gespeeld hebben.
condoleantie zn. 'rouwbeklag'. Vnnl. condoleantie "leedtbeklaaghing, rouwklaght" [1663; Meijer], gezien de -a- overgenomen uit Frans condoléance 'id.' [voor 1475; Rey]. ◆ condoleance zn. 'rouwbeklag' [1956; Kolsteren] is eveneens overgenomen uit Frans condoléance.
Fries: kondolearje


  naar boven