1.   vulkaan zn. 'vuurspuwende berg'
Mnl. In Cycilien ... Bernen berghen talre stont, Ende heeten die potten van Vulcane 'op Sicilië branden de bergen altijd, en zij worden de potten van Vulcanus genoemd' [1300-25; MNW-R], die berch van Vulcane, Die altoos bernet 'de (Siciliaanse) berg Vulcano, die altijd brandt' [1390-1410; MNW-R], men vulcanen te heten pleghe '(dat) men ze (d.i. de bergen) vulkanen pleegt te noemen' [1465-85; MNW-R].
Ontleend aan middeleeuws Latijn vulcanus 'Vulcanus; Vulcano; vulkaan'. Vulcanus (klassiek Latijn Volcānus) was de Romeinse god van het vuur en van de smeden. Volgens de Romeinse mythologie had hij zijn smidse in een vuurspuwende berg op een eiland bij Sicilië, dat nu Vulcano wordt genoemd. De naam werd in het Italiaans ook het algemene woord voor vuurspuwende bergen, zoals de Etna. Ook de meeste andere Europese talen hebben het woord overgenomen.
Fries: fulkaan


  naar boven