1.   langzaam bn. 'traag, niet snel'
categorie:
geleed woord, leenbetekenis
Mnl. lancsame 'langdurig' in wel lancsame ende wel met staden 'zeer langdurig en stapsgewijs' [1265-70; CG II], daarnaast lansem, lancsem, lanzem in guot dat lanshem tuo kuompt 'bezit dat langdurig binnenkomt' [1270-90; CG II], 'traag' in datmen wel ete ende leckerlike ende lansem 'dat men goed eet, langzaam om er alles van te genieten' [1437; MNW-P]; vnnl. te haestelick of te lansem 'te snel of te traag' [1500-50; MNW hort], langhsaem, lantsaem 'traag' [1599; Kil.], vanaf de 17e eeuw vrijwel uitsluitend nog langzaam.
Afleiding van lang met het achtervoegsel -zaam 'van die aard, op die wijze'. De oorspr. betekenis van mnl. lancsame is 'langdurig'. De jongere betekenis 'traag' is niet inheems, maar wrsch. ontleend onder invloed van de Duitse mystieke geschriften (Van Wijk 1909), aan Middelhoogduits lancseim 'traag'. Hierop wijzen ook de in het oostelijk Middelnederlands nog voorkomende nevenvormen met in de tweede lettergreep een -e- of andere van /ā/ afwijkende klinker; zulke varianten komen bij andere Nederlandse woorden met -zaam niet voor. De oude betekenis 'langdurig' werd uiteindelijk verdrongen door de nieuwe.
Os. langsam 'langdurig'; ohd. lancsam 'langdurig'; oe. (ablautend) langsum 'langdurig' (ne. vero. longsome); < pgm. *lang-sama/-suma-. Een vorming als ohd. langseimi (mhd. lancseim) komt in de andere Germaanse talen niet voor. Het is gevormd uit hetzelfde bn. lang en een onzeker tweede lid, dat misschien hoort bij zeem 2 'honing' (ohd. seim). Met zou dan aan 'langzaam vloeiend' moeten denken (Pfeifer): zo betekent Duits sämig 'smeuïg'. Misschien is ohd. langseimi echter te verbinden met mhd. seine 'langzaam, traag', zie zaniken. Het woord is nu verouderd: nhd. langsam heeft de betekenis van mhd. langseim overgenomen.
In het Nederlands kan de huidige vorm langzaam een continue voortzetting zijn van de oorspr. vorm mnl. lancsame, die dan heeft voortbestaan naast verzwakte vormen zoals lansem. Maar misschien is niet alleen de huidige betekenis (15e eeuw), maar later (pas bij Kiliaan) ook de vorm ontleend aan het Duits.
Literatuur: N. van Wijk (1909), 'Langzaam', in: TNTL 28, 275-276
Fries: langsum (ongebruikelijk)


  naar boven