1.   intermezzo zn. 'tussenspel'
categorie:
leenwoord
Nnl. in de titel Het intermezzo, of De landjonker voor de eerstemaal in de residentie, vertaling uit het Duits van een blijspel in vijf bedrijven van A. von Kotzebue [1810; Picarta], intermezzo 'tussenspel tussen de akten van een theaterstuk' [1824; Weiland], 'kort muzikaal tussenspel' [1883; WNT], 'tijdelijke afdwaling, onderbreking van de gang van zaken' in na dit ... intermezzo gaan wij weer voort [1904; WNT].
Ontleend aan Italiaans intermezzo 'id.' [1598; DEDLI], variant van intermedio 'id.' [begin 16e eeuw; Rey], ontleend aan Latijn intermedius 'tussengevoegd', gevormd uit inter- 'tussen' en medius 'te midden van, tussenliggend', zie media en midden. De variant intermezzo ontstond naar analogie van het uit Latijn medius ontwikkelde Italiaanse mezzo 'half', zie mezzo.
De oudste betekenis van het woord, zowel in het Italiaans als in de ontlenende talen, bijv. Duits Intermezzo [1761; Battisti], Frans intermède naast jonger intermezzo, Engels intermezzo, is 'muzikaal of komisch tussenspel dat wordt opgevoerd tussen opeenvolgende akten van een theaterstuk'. Vanaf de 17e eeuw werden ook grote muzikale werken als opera's onderbroken door intermezzi en in de 19e eeuw worden er ook korte zelfstandige muziekstukken gecomponeerd onder de naam intermezzo (Schumann, Brahms). Bij overdracht wordt dan ook buiten de kunsten een tijdelijke afdwaling of onderbreking van het eigenlijke onderwerp intermezzo genoemd.


  naar boven