1.   interessant bn. 'belangwekkend, boeiend'
categorie:
leenwoord
Nnl. intressant 'belangwekkend, boeiend' in wat intressanter man is dat! [1732; WNT wat], ook 'inhalig, baatzuchtig' in de Inboorlingen van Holland [zyn] arbeidzaem, geduldig, spaerzaem, doch wat intressant [1762; WNT], interessant 'boeiend' in waarover wel wat interessants te zeggen is [1780; WNT Aanv. evolveeren].
Ontleend aan Frans intéressant 'boeiend' [1718; Rey], teg.deelw. van intéresser 'belangstelling wekken' [1588; Rey], afleiding van intérêt, zie interest. Frans intéressant heeft ook de betekenis 'in materieel opzicht belangwekkend' [1913; Rey], zij het pas laat; de thans verouderde Nederlandse betekenis 'inhalig' kan ook zelfstandig zijn ontstaan via een verschuiving van 'belangwekkend, om in het oog te houden' naar 'belanghebbend' en 'zijn belangen in het oog houdend'. Zie ook interesse.
interesseren ww. 'belangstelling wekken'. Nnl. interesseren 'belangstelling wekken' in kan my eene waereld intresseeren, waar uit myne Lotje geweeken is? [1784; WNT], wederkerend 'belangstelling hebben' in dat gy u voor geene onzer Dames intresseert [1784; WNT]. Ontleend aan Frans intéresser 'belangstelling wekken' [1588; Rey] en s'intéresser 'belangstelling hebben' [1595; Rey].


  naar boven