1.   koolvis zn. 'kabeljauwachtige vissoort (Gadus virens)'
categorie:
geleed woord
Nnl. koolvisch 'beenvis' [1858; WNT kool I].
Samenstelling van kool 2 en vis, als vertaling van de wetenschappelijke, maar nu verouderde Neolatijnse naam Gadus carbonarius (bij Linnaeus, 1758). Latijn carbōnārius betekent 'kolenbrander' en is afgeleid van carbō 'kool', zie carbonpapier; de vis is wrsch. genoemd naar de donkere kleur van zijn huid of vlees.
Zo ook: nhd. Kohlfisch; ne. coalfish.
Fries: -


  naar boven