1.   porselein zn. 'half doorschijnend fijn, geglazuurd aardewerk'
categorie:
leenwoord
Vnnl. die Porceleynen dieder ghemaeckt worden 'de soorten porselein die er (in China) gemaakt worden' [1596; iWNT], om Porceleyn schilderen 'om porselein te beschilderen' [1604; iWNT], hy knipt aen 't postuleyn 'hij tikt tegen het porselein' [1624; iWNT].
Ontleend via Oudfrans porcelaine 'bepaalde schelp, porselein' [1298; Rey] aan Italiaans porcellana 'id.' [14e eeuw; DELI]. Het keramische aardewerk is zo genoemd vanwege de gelijkenis met het glimmende oppervlak van de schelp. Ontdekkingsreiziger Marco Polo (1254-1324) bracht al het eerste porselein vanuit China naar Europa. De Italiaanse naam van de schelp is afgeleid van porcella 'vrouwelijk biggetje; geslachtsdeel van een zeug', wrsch. vanwege een overeenkomst in vorm (zoals ook venusschelp en de Griekse vormen khoirínē 'kleine zeemossel' bij khoĩros 'varken' (OED)). Porcella is een verkleinwoord van porca 'zeug', ontwikkeld uit Latijn porca 'id.', verwant met varken.
Voor de vorm postuleyn uit de attestatie van 1624, zie postelein.
Fries: porslein


  naar boven