1.   bolderkar zn. 'houten trekkar'
categorie:
geleed woord
Nnl. bolderkar [1984; Dale].
Het eerste element van de samenstelling is wrsch. afgeleid van het werkwoord bulderen 'een sterk rommelend of dreunend geluid maken', dat als variant ook bolderen kent (zoals ook in het bijwoord holderdebolder 'halsoverkop, met veel lawaai'). Het tweede lid van de samenstelling is het zn. kar.
Duits Bollerwagen; Fries bolderbak, -kast, -wein.
De bolderkar als kindervervoermiddel is een betrekkelijk recent verschijnsel, dat samenhangt met de opkomst van de vakantiecultuur. Langer bestaat de bolderwagen [1693; WNT] of bulderwagen 'overhuifde boerenkar zonder veren of andere ophanging; rammelende, hortende en stotende wagen'.


  naar boven