1.   fondue zn. 'gerecht van gesmolten kaas of hete olie waarin brood of vlees wordt gedompeld'
categorie:
leenwoord
Nnl. fondue 'gerecht van gesmolten kaas, boter of room, en eieren (waarbij geen sprake is dopen of dompelen)' [1863; Rijnhart], in de samenstellingen fondue artikelen, fondue-pan, fondue vorken, fondue-rechaud [1962; WNT Aanv.], (kaas)fondue 'gerecht van gesmolten kaas waarin brood of vlees wordt gedompeld', vleesfondue 'gerecht van kleine stukjes vlees die aan tafel in olie gebakken worden' [beide 1968; Mengelberg].
Ontleend aan Frans fondue 'gerecht van gesmolten kaas' [1735]. Het woord is in deze betekenis overgenomen uit het Zwitsers-Frans [18e eeuw; Pfeifer], waar het gerecht voor het eerst voorkwam. Het is de substantivering, 'het gesmoltene', van het verl.deelw. van fondre 'smelten' [ca. 1050; Rey] (waarbij ook fondant), dat is ontwikkeld uit Latijn fundere 'gieten, vloeibaar maken', verwant met gieten.
De term vleesfondue (ook wel, net als in het Frans, fondue bourguignonne) is naar analogie van kaasfondue gevormd. Ook andere gerechten die slechts in presentatie overeenkomen met de Zwitserse fondue, worden wel fondue genoemd, zoals de Chinese fondue, waarbij men vlees, vis en groente in bouillon bereidt. Ook bestaat chocoladefondue, waarbij men koekjes, zoet gebak, fruit e.d. in gesmolten chocolade doopt.
Fries: fondue


  naar boven