1.   beteugelen ww. 'inhouden'
categorie:
geleed woord, leenvertaling
Vnnl. beteugelen 'een persoon in bedwang houden' [1644; WNT]; nnl. 'een dier in bedwang houden' [1789-1811; WNT].
Gevormd uit het voorvoegsel be- en het zn. teugel, dus letterlijk 'de teugels aantrekken'. De betekenis 'een dier in bedwang houden' zal daarom, ondanks de latere overlevering, de oudste zijn. Deze betekenis werd daarna overdrachtelijk gebruikt.
In dezelfde betekenis komt ouder ook beto(o)men voor, dat is afgeleid van het zn. toom. Wrsch. gaat het in beide gevallen om een leenvertaling van Latijn refrēnāre 'beteugelen, inhouden' bij het zn. frēnum 'teugel, toom' (een woord van onduidelijke herkomst), of van het daaruit voortgekomen Frans refréner 'beteugelen' bij het zn. frein 'teugel, toom, rem'.
Fries: -


  naar boven