1.   erkennen ww. 'inzien; als echt beschouwen'
categorie:
geleed woord, leenbetekenis
Mnl. erkennen 'erkennen, leren kennen' [ca. 1400; MNW].
Gevormd uit het voorvoegsel er- en het werkwoord kennen. De vorm is uit oostelijke dialecten in de standaardtaal overgenomen.
Mnd. erkennen 'erkennen, beslissen'; ohd. irkennen 'waarnemen, inzien' (nhd. erkennen 'duidelijk zien, inzien').
De huidige betekenis van erkennen in volkenrechtelijke zin is overgenomen uit Frans reconnaƮtre 'erkennen' [18e eeuw], dat zelf een evolutie is van de juridische betekenis 'officieel het bestaan erkennen van iets, bijv. een schuld' [recoignoistre 1539; Rey].


  naar boven