1.   algebra zn. 'stelkunde'
categorie:
leenwoord
Mnl. met één vindplaats in de medische betekenis 'ontleedkunde': Dese leringe siin beide van algebra, dats to seggen, van brekinge der benen ende van ontledinge des lichaems [ca. 1460; MNW], vnnl. algebra 'stelkunde' [1612; WNT Supp.].
Via middeleeuws Latijn algebra uit Arabisch al-jabr 'het zetten van gebroken botten' en, daarvan afgeleid, 'het onder één noemer brengen van breuken'.
De Arabieren hadden in de Middeleeuwen een grote voorsprong in vele wetenschappen. De kennis van en het rekenen met Arabische cijfers kwam ca. 1200 naar het christelijke Europa.
Literatuur: Philippa 1991
Fries: algebra


  naar boven