1.   machine zn. 'toestel of werktuig dat arbeid verricht'
categorie:
leenwoord
Vnnl. machin 'toestel' [1659; De la Porte], machina 'toestel, werktuig' in Machinas of instrumenten ..., om soodanige sware steenen op malkanderen te stapelen [1660; Picardt, 26], machine "konstwerk" [1669; Meijer], een zekere ongemeene machine 'een bijzonder toestel (hier een bepaald wapen gebruikt bij het beleg van St-Malo)' [1693; WNT]; nnl. machine 'complex werktuig dat arbeid verricht' in stoom-machine [1779; WNT stoommachine], machines ... die door stoom- of andere beweegkrachten gedreven kunnen worden [1879; WNT].
Ontleend aan Frans machine [1370; BvW], ontleend aan Latijn māchina 'werktuig, vinding, samenzwering', dat op zijn beurt is ontleend aan Dorisch-Grieks māchanā́ 'middel, werktuig' (Attisch mēchanḗ).
De herkomst van het Griekse woord is onbekend. De genoemde en daarvan afgeleide Griekse woorden hebben alle een lange klinker, oorspr. -ā-, uit pie. *-eh2-. Indo-Europese verwantschap met pgm. *magan- en Proto-Slavisch *mog-ti- (zie mogen), waarvoor men alleen pie. *mogh- kan reconstrueren, lijkt daarom onwaarschijnlijk.
Een machine was aanvankelijk vooral een toestel voor vestingbouw of belegering, volgens een gebruik dat reeds bestond in het klassieke Grieks. Ook voor de bediening van decors bediende men zich van machines. In het klassieke Griekse theater werd in bepaalde drama's met zo'n machine, een soort kraan, een godheid ten tonele gevoerd die de ontstane verwikkelingen oploste. Voor zo'n oplossing bestond in het Grieks de uitdrukking apó mēkhanḗs ḗs theós, die wij in zijn Latijnse vorm nog kennen als deus ex machina. Vanaf het begin van de industriële revolutie in de 18e eeuw heeft het gebruik van het woord een grote vlucht genomen in de Europese talen, door het toepassen ervan op vele technische uitvindingen.
machinatie zn. 'oneerlijke methode'. Vnnl. verraderije, machinatie ofte andersins [1613; Stall.]. Ontleend aan Frans machination 'intrige, complot', afleiding van machiner 'beramen, bekonkelen', ontleend aan Latijn māchinārī 'id.', bij neutraler 'uitdenken, ontwerpen', afleiding van māchina.
Literatuur: Johan Picardt (1660), Korte beschryvinge van eenige vergetene en verborgene antiquiteten ..., Amsterdam, herdruk Meppel 1975
Fries: masine


  naar boven