1.   koran zn. 'heilige schrift van de islam'
categorie:
leenwoord
Vnnl. de Torcken ende Mahometisten [hebben] recht, dat sy haren Alchoranum ... [niet] willen verlaten 'de Turken en mohammedanen hebben gelijk dat ze hun koran niet willen opgeven' [1559; WNT], den Alcoran van Mahomet [1569; WNT]; nnl. coran, koran in dat zy ... op den coraan ... geswooren hadden [1724; WNT], koran [1791; WNT].
Ontleend aan Arabisch qurʿān, letterlijk 'lezing, dat wat opgelezen wordt', behorend bij het werkwoord qaraʿa 'lezen, reciteren'. In de oudst opgetekende vormen alcoran, alkoran is al- het Arabische lidwoord, zie albatros.
Fries: koran, koaran


  naar boven