1.   inlichtingen zn. mv. 'opheldering, nadere mededelingen'
categorie:
geleed woord, leenbetekenis
Nnl. eerst het werkwoord inlichten 'op de hoogte stellen, opheldering verschaffen' [1807; WNT], dan inlichting 'opheldering, toelichting' [1809; Wdb. ND], dat eenig Uitlegger ... de vereischte inlichting kan geven [1811; WNT], later meestal in het meervoud inlichtingen 'id.' [1844; WNT].
Etymologie onzeker. In de middeleeuwse mystieke literatuur bestond het woord al in de betekenis 'bestraling door Gods geest, inwerking van God op het menselijk gemoed', bijv. in die inlichtinghe der ewangelien der glorien Cristi 'de goddelijke verklaring van de evangeliën over Christus' heerlijkheid' [1399; MNW-P], evenals Middelhoogduits īnliuhten een leenvertaling van Latijn illūminātiō, uit in- 3 en lūmen 'licht'. Na de 16e eeuw is dit woord echter nauwelijks meer geattesteerd, zodat een continue betekenisontwikkeling tot het huidige wereldlijke begrip inlichting(en) niet waarschijnlijk lijkt. Nieuwvorming bij een werkwoord lichten lijkt uitgesloten, omdat lichten 'geestelijk licht spreiden, ophelderen' zeldzaam is en de betekenis van in- hier ondefinieerbaar is. Het meest wrsch. is leenvertaling. Duits einleuchten 'duidelijk worden, overtuigend zijn' is onovergankelijk en heeft geen bijbehorend zn. *Einleuchtung; wrsch. is inlichten dus een leenvertaling van het Engels werkwoord enlighten '(o.a.) toelichten, informeren, verduidelijken'. Het zn. inlichting zal dan zelfstandig in het Nederlands afgeleid zijn, bijv. naar analogie van een ouder woordpaar als voorlichten en voorlichting; het Engelse zn. is enlightenment.
In de oudste vindplaatsen uit de 19e eeuw komt nog alleen het enkelvoud inlichting voor, maar al vanaf het midden van die eeuw is het meervoud inlichtingen gebruikelijker, wellicht onder invloed van Frans informations met dezelfde betekenis, al wordt ook het enkelvoud information veel gebruikt.


  naar boven