1.   vaal bn. 'bleek'
categorie:
erfwoord
Mnl. valu 'bleekgeel, bleekrood', zelfstandig gebruikt in de toenaam van Johannes de valewe 'Johan de Vale' [1227-32; VMNW valuwe], valu roet 'geelachtig rood' (gezegd van vossen), valu ende roet 'geelachtig en rood' (gezegd van leeuwen) [beide 1287; VMNW], vale, vael 'bleek' in Van vastene was si bleec ende vale 'door het vasten was ze bleek en vaal (geworden)' [1300-50; MNW-R], Een graeu paerd, ... 1 zwart paerd ..., 1 bay ('roodbruin') paerd ..., 1 vael paerd [1343-44; MNW bay]; vnnl. vael ook van zaken in vael kleed ('verschoten, verbleekt') [1599; Kil.], met vaalen inkt ('grijs, grauw') [ca. 1700; iWNT]; nnl. dat vaal en aaklig licht ('bleek, mat') [1833; iWNT].
Os. falu (mnd. vāl); ohd. falo (nhd. fahl 'vaal, kleurloos'); nfri. feal; oe. fealu (ne. fallow 'bruinachtig', fallow deer 'damhert'); on. fölr (nijsl. fölur, nzw. falna 'vaal worden'); < pgm. *falwa-. Een onl. vorm *falwa- is ontleend in het Oudfrans als fauve 'vaalgrijs, vaalrood' [12e eeuw], met een vroege vulgair-Latijnse attestatie falvus [9e eeuw].
Verwant met: Grieks poliós 'grijs'; Litouws pal̃vas 'lichtgeel'; Kerkslavisch plavŭ 'witachtig' (Russisch polóvyj 'lichtgeel, speciaal van paarden'; Servisch/Kroatisch plâv 'blauw; blond'); < pie. *pol(H)-uo-, afleiding van de wortel *plH-, *polH- (IEW 804). Met andere achtervoegsels en/of ablaut daarnaast verwant met: Latijn pallēre 'vaal zijn', pallidus 'bleek, verkleurd, vaal'; Sanskrit palitá- 'grijs'; Avestisch pouruša- 'grijs'; Litouws pálšas 'lichtgrijs'; Kerkslavisch pelesŭ 'id.' (Russisch dial. pelësyj 'gestippeld'); Middeliers līath 'grijs'; Armeens ali-kc 'wit haar'. Verwantschap met Grieks peliós, pelidnós 'donkerkleurig' is onzeker.
In het Middelnederlands had het woord meestal betrekking op de kleur van haren, vacht, huid e.d. van dieren en mensen. De precieze kleur varieert en is afhankelijk van de context, zowel in het Middelnederlands als in de andere Germaanse talen. Meestal wordt een onduidelijke, niet uitgesproken heldere tint bedoeld. Bij uitbreiding of overdracht worden ook andere zaken vaal genoemd.
Fries: feal


  naar boven