1.   verbloemen ww. 'verdoezelen'
categorie:
geleed woord
Mnl. verbloemen 'vergoelijken, verzachten' in dat hi ... mit genadicheden sal verbloemen 'dat hij genadig zal optreden' [1480; MNW-P]; vnnl. verbloemen 'mooier voorstellen, onder schone schijn verbergen, verdoezelen' in met woorden verbloemen, verbloemde redenen [1573; Thes.]; nnl. ook 'verhelen, verzwijgen' in trachten geheim te houden en te verbloemen [1813; WNT].
Afleiding met het voorvoegsel ver- (sub e) van bloem in de betekenis 'versiersel'; verbloemen betekent dus 'opsieren, mooier voorstellen, onder schone schijn verbergen'. Een zeer letterlijke betekenis 'met bloemen versieren' komt vrijwel uitsluitend voor in woordenboeken, in navolging van Kiliaan, die in 1588 verbloemen omschrijft als 'met bloemen versieren'; dat kan letterlijk zijn bedoeld als etymologische omschrijving, of figuurlijk als 'met stijlbloemen, met verbloemde woorden, versieren' (WNT).
Fries: ferblom(k)je


  naar boven