1.   bezaan zn. 'gaffelzeil aan de achterste mast'
categorie:
leenwoord
Mnl. besaen 'zeil aan achtermast' [1480; MNHWS]; vnnl. achter-Focken ofte Besane 'achterfok of bezaan' [1580; WNT], mesane, mezane 'zeil op het achterschip' [1588; Kil.].
Ontleend aan Italiaans mezzana, mezana 'onderste zeil van de bezaansmast bij dwarsgetuigde schepen' [1481], eerder al 'derde mast (op het achterschip)' [voor 1348] en 'zeil' [1314; Jal], afleiding van het bn. mezzano 'midden-' < Laatlatijn medianus 'midden-', een afleiding van Latijn medius 'midden', zie midden. De vorm met b- is ontstaan uit mesane door wisseling van de bilabialen b- en m- (zoals ook in menist > benist 'doopsgezinde'); misschien speelde hier ook invloed van het woord bezaan 'gelooid schaapsvel' mee, dat cognaat is met watten.
Directe ontlening van dit woord aan het Italiaans ligt voor de hand, omdat Venetiaanse galeien al in het begin van de 14e eeuw naar Vlaanderen voeren. Er hoeft geen ontlening via het Frans aangenomen te worden. Onwaarschijnlijk is afleiding van Italiaans mezzana uit Arabisch of Egyptisch-Arabisch mazzān 'achterste zeil' (ṣāri l-mazzān 'achterste mast'). Het omgekeerde, Arabisch mazzān uit Italiaans mezzana, is eerder waar.
Oorspr. is de mezzana zeer wrsch. het zeil aan de midscheeps geplaatste mast (arboro de mezo) van de vroeg-14e-eeuwse Venetiaanse galei geweest. Deze tweede mast was half zo hoog als de grote voormast. Vanaf de 15e eeuw is de mezzana op galeien en andere soorten schepen het zeil aan de derde mast (op het achterschip), aanvankelijk als latijnzeil, later als gaffelzeil aan de achterste mast van dwarsgetuigde schepen; bij zeiljachten is de bezaan het zeil aan de achterste mast.
Naast de grote artimon van de voorste mast was de mezzana oorspr. een middelgroot zeil, vandaar de afleiding van het woord mezzano. Dit ligt om twee redenen meer voor de hand dan aan te nemen dat de naam mezzana verband houdt met de midscheeps geplaatste mast waar het zeil bij hoorde. Ten eerste ging mezzana later 'zeil aan de achterste mast', 'onderste zeil aan de achterste mast' en ook 'onderste zeil aan de voorste mast' betekenen; deze verandering van plaats is niet zo vreemd als ervan uitgegaan wordt dat mezzana 'middelgroot zeil' betekende. Ten tweede wordt een zeil over het algemeen niet genoemd naar de mast waar het bij hoort; het omgekeerde is het geval.
Aan Nederlands bezaan en mezaan zijn Duits Besan [midden 17e eeuw] en Zweeds mesan, besan 'gaffelzeil' ontleend; ook Fries bezaan.
Literatuur: A. Jal (1840) Archéologie navale, Paris, I 291-292/II 507; R. Anderson (1945) 'Jal's "Memoire no. 5" and the Manuscript "Fabbrica di galere"', in: The Mariner's Mirror 31, 160-167; U. Bosco (1971) Enciclopedia Dantesca, Roma, I 23; S. Lane (1965) Navires et Constructeurs a Venise pendant la Renaissance, Paris; van der Meulen 1953b, 286-288
Fries: bezaan


  naar boven