1.   metamorfose zn. 'gedaanteverwisseling'
categorie:
leenwoord
Vnnl. in de vormen metamorphosis, metamorphosie 'ingrijpende verandering' in metamorphosis ofte wonderbaere veranderingh [1648; WNT verandering], een metamorphosie ofte wesen-veranderinghe [1662; WNT wezen II], nnl. metamorphose 'ingrijpende verandering van uiterlijk' in de metamorphose van sommige historische gebouwen [1888; Groene Amsterdammer], 'veranderingsproces van pop tot vlinder' in insecten in hun laatste metamorphose [1891; Groene Amsterdammer], metamorfose 'mineralogische reconstructie, bijv. door hoge druk of temperatuur' [1922; WNT regionaal].
Ontleend, deels wellicht via Frans métamorphose 'biologisch veranderingsproces' [1694; TLF], 'ingrijpende verandering van omstandigheden' [1668; TLF], eerder al 'gedaanteverwisseling' [ca. 1365; TLF], aan Latijn metamorphōsis, dat ontleend is aan Grieks metamórphōsis 'gedaanteverwisseling', een afleiding van metamorphoũn 'transformeren', gevormd uit meta- 'over, naar de andere zijde', zie meta-, en morphḗ 'vorm', zie morfologie.
De Romeinse dichter Ovidius (43 v. Chr.-17 na Chr.) schreef de Metamorphoses, een reeks verhalen over gedaanteverwisselingen in de mythologie; zijn werk werd in de renaissance herontdekt en geherwaardeerd.
Fries: metamorfoaze


  naar boven