1.   negligé zn. 'ochtendkleding'
categorie:
leenwoord
Nnl. négligé 'nonchalante kleding' in de juffrouwen ... in een soort van négligé ... bevalliger dan de uitgezogtste opschik [1769; Vad.lett., 73], 'ochtendjas, ochtendjapon' in een weelderig négligé van wit batist [1839; WNT].
Ontleend aan Frans négligé 'ochtendgewaad, nonchalante kleding' [1761; TLF], eerder al 'onverzorgde staat' [1687; TLF] en als bn. 'nonchalant gekleed, onverzorgd' [1640; TLF]; dit is het verl.deelw. van négliger 'verwaarlozen, geen aandacht schenken aan' < Latijn neglegere 'id.' dat gevormd is uit nec 'niet', ouder Latijn neg, verwant met nee(n), en legere 'oprapen, verzamelen', zie legende.
Fries: neglizjee


  naar boven