onthutst bn. 'ontsteld' categorie: geleed woord Vnnl. Sy is soo gantsch onthutst, ... Dat 'ze is zozeer ontsteld, dat' [1625; WNT]. Verl.deelw. van onthutsen 'ontstellen', dat is afgeleid met het voorvoegsel ont-, dat hier het begin van een handeling aangeeft, van hutsen 'schudden', waarvoor zie husselen. Het werkwoord zelf is weinig frequent. Fries: -