1.   horde 1 zn. 'hindernis bij een wedren'
categorie:
leenvertaling
Nnl. zij sprongen prachtig over de horden heen [1896; Wolters NE], hordenloop 'wedloop met horden' [1924; WNT Aanv.].
Leenvertaling van Engels hurdle 'hindernis bij een wedren' [1833; OED], ook in de samenstelling hurdle race [1836; OED]; dit is een specifieke betekenis van 'verplaatsbaar hek', ontwikkeld uit Oudengels hyrdel 'vlechtwerk', dat verwant is met mnl. en vnnl. horde 'gevlochten mat'. Dat laatste woord is in het Nederlands weinig frequent maar bestaat nog wel in de voortzetting nnl. hor, zie aldaar voor de verdere etymologie.
2.   horde 2 zn. 'woeste bende'
categorie:
leenwoord
Vnnl. horde 'troep oorlogszuchtige Aziatische nomaden' in de wilde Tarter die met groote horden draeft 'de wilde Tartaar die in grote troepen draaft' [1622; WNT]; nnl. algemener 'woeste bende' in horden van barbaren [1822; WNT].
Een woord dat in de loop van de 16e eeuw in diverse West-Europese talen bekend werd, in het Duits al in 1429 (Kluge21), en dat uiteindelijk teruggaat op een woord uit de Turkse en Mongoolse taalgroep.
De term bestond in de vorm orda al in het Koemanisch, een Turkse ambtstaal in de 13e en 14e eeuw binnen het multi-etnische maar door Mongolen geleide khanaat van Batoe, dat in ca. 1240 aan de Beneden-Wolga was gesticht na de terugtrekking van de Mongolen uit Midden-Europa. De betekenis was 'kamp of paleis van de khan en zijn gevolg'. Ook in het Russisch van die tijd wordt deze residentie orda genoemd. In het begin van de 17e eeuw, meer dan een eeuw na de ondergang van dit Mongoolse rijk, verschijnt in de Russische literatuur het begrip Zolotája Ordá 'Gouden Horde' ter aanduiding van de dan historische hoofdstad. Bij overdracht wordt later ook het hele historische rijk ermee aangeduid en raakt het begrip Gouden Horde in leenvertaling over heel Europa bekend.
Eerder al heeft het woord orda bij overdracht een betekenisuitbreiding ondergaan naar 'het gevolg van een heerser', 'legerplaats', 'leger' e.d. en verspreidde het zich naar het zuiden en zuidwesten over Turkse talen, Balkantalen, Oost- en West-Slavische talen (bijv. modern Turks ordu 'leger, krijgsmacht'). Ook het middeleeuws Latijn had een woord orda 'legerplaats'. Het laatste stukje ontleningslijn naar het Duits lijkt via het Oekraïens en het Pools te zijn gelopen. Ook de ontwikkeling tot een woord met pejoratieve betekenis lijkt in de Slavische talen te zijn begonnen; in de West-Europese talen is dat doorgezet. De toevoeging van de h- is onverklaard en wordt aan het Pools toegeschreven, vergelijk Oudpools orda, Nieuwpools horda.
Verwant met deze woorden is ook de naam Urdu van de officiële taal van Pakistan. Deze ontstond als zabån-e-urdu 'taal van het leger', waarmee een mengtaal werd aangeduid op basis van het lokale Hindidialect (Khariboli) met een sterk Perzisch/Turks-gekleurd lexicon, nadat de islamitische Turken in 1192 Delhi veroverden en zich daar vestigden.
Literatuur: D. Ostrowski (2004), 'Golden Horde', in: Encyclopedia of Russian History, New York, 2, 571-573


  naar boven