1.   snik 1 bn. 'wijs'
categorie:
klankwoord
Nnl. en ons voor niet snik verklaaren [1787; iWNT], 't Is een rare hoor ... ik hou hem voor niet goed snik [1904; iWNT].
Herkomst onbekend. Misschien een nevenvorm van de onder snugger genoemde woorden.
Het woord komt vrijwel alleen voor in combinatie met goed in een ontkennende context, meestal met niet.
Fries: -


  naar boven