1.   hangmat zn. 'hangend net of doek om in te rusten'
categorie:
leenwoord, volksetymologie, uitleenwoord
Vnnl. (h)amack 'hangmat als slaapplaats van Indianen' in amacken dat zijn hare bedden [1623; Friederici], [de Indianen] slapen alle in Hamacken, die sy van Hennep spinnen [1627; van Donselaar 1994], ook hangemack in een Latijnse beschrijving primaria supellex est rete, quod ipsi vocant Ini, Lusitani Rede, Belgae Hangemack, vulgo Hamaca 'een belangrijk stuk huisraad is een net dat ze zelf (de Tupí-indianen) ini noemen, de Portugezen rede, de Nederlanders hangemack, maar gewoonlijk hamaca' [1643; Friederici]; later ook als slaapplaats op schepen: hangmacken (mv.) [1659; WNT uitdeelen]; dan de overgang naar de huidige vorm: hagmat (gezien de alfabetische plaatsing een zetfout voor hangmat) [1669; van den Ende], nnl. hangmakken, hangmatten [1702; WNT].
Via Spaans hamaca ontleend aan het Taino, taal van de Arawak-indianen op Haïti. Door volksetymologische associatie met hangen vervormd tot hangmak en daardoor als samenstelling geïnterpreteerd. Door de vormgelijkenis van een hangmat en een mat, doordat mak als simplex onbekend was en doordat de woordvormen mak en mat grote gelijkenis vertonen, kon het tweede lid vervolgens volksetymologisch geassocieerd worden met mat 1 'kleed'. Omdat het woord een scheepvaartterm was, zal het in de 17e eeuw vooral mondeling zijn gebruikt, wat verklaart dat de omvorming hamak > hangmak > hangmat relatief snel lijkt te zijn verlopen. De etymologische vorm hamak verschijnt later alleen nog bij geletterde schrijvers, bijv. in een reisbeschrijving van Van Berkel [1695; WNT] en bij Wolff & Deken [1785; WNT].
Door de Spanjaarden werd het inheemse woord al in de 16e eeuw overgenomen en verspreid over heel Zuid-Amerika en in andere Europese talen: de oudste vindplaats in een Europese taal is in het Latijn: lodices, amaccas appellant 'dekens die zij amaccas noemen' [1515; Friederici]. Oude vindplaatsen van het woord in Spaanse, Franse en Engelse reisbeschrijvingen, in diverse vormen die zich pas veel later stabiliseerden tot resp. hamaca [1524; Friederici], hamac [1525; Rey] en hammock [1555; Friederici]. De Nederlandse vindplaatsen blijven daar bijna een eeuw bij achter; wellicht ontstond de interesse pas toen Nederland begin 17e eeuw zelf op Amerika ging varen. De hangmat als qua ruimtebeslag zeer efficiënte, want overdag verwijderbare slaapplaats voor de bemanning op zeeschepen is van nog iets latere datum; onduidelijk is, of deze specifieke betekenis eerder al in andere talen optrad.
Het Duits heeft een oude vindplaats Hengmatten [1627; Pfeifer], bij hängen 'ophangen' en Matte 'mat' (moderne vorm Hängematte), ruim veertig jaar eerder dan de eerste Nederlandse hangmat-vindplaats (1669); toch moet dit een leenvertaling uit het Nederlands zijn, de omgekeerde weg (Duits > Nederlands) lijkt voor een zeevaardersterm in de Gouden Eeuw minder waarschijnlijk en voor een autonome Duitse volksetymologische ontwikkeling hamak > hengmatte lijken de klanken te ver uiteen te liggen, vergeleken met hamak > hangmat in het Nederlands. Hetzelfde als voor het Duits geldt voor Zweeds hängmatta [1679; Hellquist], bij hänga 'hangen' en matta 'mat'.


  naar boven