1.   menu zn. 'spijskaart, opgave van gerechten; lijst van keuzemogelijkheden op een computer '
categorie:
leenwoord
Nnl. menu 'tafellijst, spijslijst' [1863; Kramers], 'spijskaart' in een vignet voor een menu of voor een prijscourant [1873; WNT vignet], 'samengestelde maaltijd' in het menu bestond dan uit ... [1882; WNT bliksem], 'opsomming van keuzemogelijkheden op een computerscherm' [1984; De Coster 1999].
Ontleend aan Frans menu 'kaart met opgave van gerechten' [1851; TLF] en 'lijst van de gerechten waaruit een maaltijd bestaat' [1718; TLF], dit is het zelfstandig gebruikte bn. menu 'klein, verfijnd, gedetailleerd' [ca. 1150; TLF], eerder al 'klein; onbelangrijk' [ca. 1100; TLF], ouder menude 'onbelangrijk, min' [ca. 1050; TLF] < Latijn minūtus 'klein', zie minuut en manen 2. De betekenis 'lijst keuzemogelijkheden op de computer' is ontleend aan het Engels, waar menu 'lijst van spijzen' [1837; OED] bij uitbreiding een algemenere betekenis 'gedetailleerde lijst van zaken, opsomming van mogelijkheden' kreeg [1889; OED], die later ook werd toegepast in de computerkunde [1967; OED].
Fries: menu


  naar boven