1.   voeden ww. 'van voedsel voorzien'
categorie:
erfwoord, geleed woord, geleed woord
Mnl. voeden 'voedsel geven; grootbrengen' in ic wille dese twene uuoden. te uruomen mannen 'ik wil deze twee (kinderen) opvoeden tot rechtschapen mannen' [1220-40; VMNW], voeden 'van voedsel voorzien' [1240; Bern.].
Os. fōdian (mnd. vöden); ohd. fuoten (mhd. vuoten); ofri. fēda (nfri. fiede); oe. fēdan (ne. feed); on. fœða (nzw. föda ook 'baren'); got. fodjan; alle 'voedsel geven, grootbrengen', < pgm. *fōdjan-. Voor de afleiding *fōdra- zie voer 'voedsel voor vee'.
Pgm. *fōd- is een uitbreiding van de wortel pie. *peh2(i)- '(vee) hoeden, beschermen' (LIV 460). De betekenis 'vee hoeden', oftewel 'doen eten', breidt zich eenvoudig uit tot 'voedsel geven' en 'grootbrengen, opvoeden'; anderzijds is het 'hoeden van vee' equivalent met 'in bescherming nemen', zoals in onderstaande Indo-Iraanse vormen en zie voeren 2 'bekleden'.
Met dezelfde dentaal maar met nultrap van de wortelvocaal: Grieks pateĩsthai 'eten, proeven'. Bij deze wortel horen o.a. (gedeeltelijk met s-uitbreiding, dus bij pie. *peh2-s-): Latijn pāscere '(vee) hoeden' (zie pastoor); Sanskrit pā́ti 'beschermt'; Avestisch pāiti 'id.'; Oudkerkslavisch pasti 'weiden, hoeden' (Russisch pastí); Hittitisch pahs- 'beschermen'; Tochaars A pās- 'id.'.
Naast de basisbetekenis 'van voedsel voorzien' ontstond ook een overdrachtelijke betekenis '(kinderen) grootbrengen', meer in het bijzonder op het geestelijke vlak. Tegenwoordig gebruikt men voor die laatste betekenis de afleiding opvoeden.
voeding zn. 'voedsel'. Mnl. vudinge, vodinge 'id.' [1240; Bern.]. Afleiding van voeden met het achtervoegsel -ing. ◆ voedsel zn. 'spijs, eten'. Mnl. Ende (twijf) gheuet hem voetsel ende lijf 'en de vrouw geeft hun voedsel en schenkt hun het leven' [1285; VMNW], Alrande creaturen nemen voetsel bi naturen jn spisen die hem best ghenoeghet ende in dranke die hem geuoeghet 'allerlei schepsels nemen van nature voedsel tot zich in eten dat hun het best bevalt en in drank die hun aanstaat' [1287; VMNW]. Afleiding van voeden met het achtervoegsel -sel.
Fries: fiedefiedingfiedsel


  naar boven