|
|
1.  |
 vernissage zn. 'opening van schilderijententoonstelling voor genodigden'
categorie: leenwoord
Nnl. eerst jour de vernissage "kijkdag voor genoodigden (nl. van een schilderijententoonstelling)" [1884; Zierikzeesche Courant], dan vernissage 'id.' [1885; Groene Amsterdammer], iedere salon zijn "vernissage"-dag [1890; Groene Amsterdammer].
Ontleend aan Frans vernissage 'privéreceptie die aan de openstelling van een tentoonstelling voorafgaat' [1880; Rey], verkorting van jour de vernissage als leenvertaling van Engels varnishing day, letterlijk 'vernisdag' [ca. 1825; OED], een afleiding van varnish 'vernis(sen)', zie vernis. Op varnishing day mochten exposanten hun tentoongestelde schilderijen nog retoucheren en vernissen. Soms mocht een beperkt aantal genodigden al komen kijken, een betekenisaspect dat uiteindelijk centraal kwam te staan. Naar analogie hiervan kwam het woord finissage in gebruik voor een 'feestelijke afsluiting van een tentoonstelling'. Het woord bestond al eerder in het Frans als synoniem van finiton voor 'afwerking'.
Fries: -
|
naar boven
|
