1.   emballage zn. 'verpakking'
categorie:
leenwoord
Nnl. emballage 'pakgoederen' [1745; Meijer].
Ontleend aan Frans emballage [1547; Rey], afgeleid van het werkwoord emballer 'inpakken', gevormd met het voorvoegsel en- 'in' bij het zn. balle 'pak, pakket' (waaruit baal).


  naar boven