1.   boulevard zn. 'brede straat'
categorie:
leenwoord, terugleenwoord
Vnnl. boulevard 'bolwerk' [1658; Meijer]; nnl. boulevard 'brede straat in een stad' [1816; WNT Aanv.], 'brede wandelweg langs zee' [1952; WNT Aanv.].
Ontleend aan Frans boulevard 'bolwerk, wandelplaats op de oude wallen van een vesting', onder invloed van het zn. boule 'bol, bal' ontstaan uit eerder bollevart 'bolwerk' [1429], bollewerc [1425; Rey] en bolevers [voor 1365; Rey], dat op zijn beurt ontleend is aan mnl. bolwerc 'fortificatie', zie bolwerk.
Het woord werd pas echt bekend in de moderne betekenis 'voorname straat' door de aanleg van dergelijke straten in Parijs in de tweede helft van de 18e en in de 19e eeuw. Andere Europese hoofdsteden volgden het Parijse voorbeeld en namen daarbij ook de Franse aanduiding over.
In Belgiƫ wordt het nog steeds uitsluitend in de betekenis 'voorname straat' gebruikt. In Nederland denkt men in de eerste plaats aan een brede weg langs het strand, wat in Belgiƫ meestal dijk wordt genoemd.
Literatuur: Debrabandere 2000, 63


  naar boven