1.   initiatief zn. 'de eerste stappen, voorstel'
categorie:
leenwoord
Nnl. initiative "de inleiding tot eene zaak; ook het regt om iets voor te dragen (bij beraadslagingen)" [1824; Weiland], initiatief 'de eerste stap(pen)' in het initiatief des oorlogs [1832; WNT vrede], het initiatief nemen ter wijziging van ... [1868; WNT zwart II], 'voorstel' in het u toegekende regt van initiatief [1865; WNT wreken I].
Ontleend aan Frans initiative 'de eerste stappen' [1567; Rey] (maar pas frequent vanaf 1802), geleerde afleiding van Latijn initiāre 'aanvangen', eerder al 'invoeren, inwijden (in geheimen)', afleiding van initium 'begin', zelf een afleiding van inīre 'ingaan, beginnen', gevormd uit in- 3 'in-' en īre 'gaan', zie circuit.
initiëren ww. 'inwijden; de eerste stappen zetten'. Nnl. initieren 'inleiden, inwijden' [1777; Meijer], ook 'de eerste gronden bijbrengen' [1847; Kramers], 'het initiatief nemen tot iets' in hij initieert een nieuwen stijl [1944; WNT Aanv.]. Via Frans initier 'inwijden' [14e eeuw; Rey] ontleend aan Latijn initiāre. De jongere betekenis 'het initiatief nemen' kan ontleend zijn aan Engels initiate 'inwijden' en daarnaast 'beginnen, de aanzet geven, het initiatief nemen' [1604; OED], maar sluit ook goed aan bij de betekenis van het zn.


  naar boven